Zingeving voor een gezonder leven

De zin van het leven – een leuk onderwerp voor een filosofisch gesprek bij de borrel, maar verder heb je er weinig aan. Toch? Mis. Mensen die veel zingeving ervaren, blijken minder gevoelig voor psychische problemen en leven langer.

tekst: Diana de Veld

Eind november stond Amsterdam drie dagen in het teken van spiritualiteit. Op het festival The Spirit kon je bijvoorbeeld yogaworkshops met Arabische muziek volgen in een synagoge, of ademhalingsrituelen uitvoeren in een moskee. De organisatoren constateerden dat mensen steeds meer uit elkaar groeien. Door net als vroeger samen te komen in gebedshuizen om te eren, te leren en te vieren, streven ze naar hernieuwde verbinding.

De moderne interesse in spiritualiteit is niet vreemd. Nederland is sterk ontkerkelijkt, veel meer dan de meeste andere landen. Minder dan 40% van de Nederlandse bevolking beschouwt zichzelf nog als religieus. ‘Daar zijn allerlei redenen voor, maar ik denk dat we daarbij het kind met het badwater hebben weggegooid’, zegt psychiater prof. dr. Rogier Hoenders. ‘Want religie is natuurlijk niet per se slecht. Het zorgt ook voor saamhorigheid, houvast en betekenis. Zonder religie kunnen we ons eigen kleine leven minder goed in een groter kader plaatsen. En dat is zwaar, vooral bij tegenslagen als ziekte, verlies, dreigende dood. Zoals men wel zegt: in tijden van oorlog stromen de kerken vol. We zoeken elkaar op voor steun en zoeken een doel. We willen weten waar we het voor doen.’

Beter voorkomen dan genezen

Intussen staan bijna 100.000 Nederlanders op een wachtlijst voor geestelijke gezondheidszorg (GGZ). En dat getal stijgt. Niet alleen door de beperkte zorgcapaciteit, maar ook doordat steeds meer mensen psychische problemen hebben – ruim een kwart van de volwassenen en zelfs een derde van de jongeren. Vooral angst- en stemmingsstoornissen zijn alomtegenwoordig. De oplossing daarvoor ligt niet in méér van hetzelfde, vindt Hoenders. ‘De GGZ raakt compleet overspoeld en de kosten zijn nu al nauwelijks op te brengen.’ Hij ziet meer in het voorkomen van psychische problemen. ‘Op dit moment grijpen we pas in als iemand al ziek is – eigenlijk hebben we dus een geestelijke ziektezorg in plaats van geestelijke gezondheidszorg. We moeten toe naar preventie.’
Daarbij kunnen meerdere dingen helpen. Ten eerste een gezonde leefstijl. Dezelfde factoren die helpen om lichamelijk gezond te blijven, helpen ook voor je mentale welzijn: gezond eten, genoeg bewegen, een goede nachtrust, niet te veel alcohol drinken en geen drugs of tabak gebruiken. Maar ook relaties, zingeving en spiritualiteit tellen mee, net als voldoende in de natuur zijn, ontspanning en niet te veel stress. ‘Bij jongeren weten we dat angst- en stemmingsstoornissen toenemen door prestatiedruk en keuzestress, maar ook door eenzaamheid’, zegt Hoenders. De impact van eenzaamheid is enorm, ongeacht leeftijd. ‘Mensen zijn sociale dieren, we kunnen niet zonder elkaar. Je structureel eenzaam voelen blijkt even schadelijk als elke dag ongeveer vijftien sigaretten roken, of zes glazen alcoholische drank nuttigen.’

Negatieve gedachten

De psychiater wijst daarnaast op de invloed van denkpatronen bij het ontstaan van psychische problemen. ‘Een mens heeft zo’n zes- tot tienduizend gedachten per dag, en daarvan is 90% hetzelfde als gisteren en morgen’, weet Hoenders. ‘Helaas hebben de meeste mensen vooral veel herhalende negatieve gedachten. We piekeren en herkauwen langdurig onze gevoelens en problemen. Vaak gaat dat onbewust, maar die gewoonte trekt wel je stemming naar beneden.’ Veel mensen met chronische angst en depressie kampen dan ook met zo’n almaar doordraaiende stroom van negatieve gedachten. Het goede nieuws: je mentale gewoontes kun je veranderen. ‘Je kunt je geest trainen zoals je tijdens sport je spieren traint’, zegt de hoogleraar. ‘Je kunt jezelf oefenen in geduld, compassie of aandachtigheid, maar dus óók om je bewust te worden van negatieve gedachten. Als je je realiseert dat je niet je gedachtes bént, maar dat je gedachtes hébt, dan kun je leren om de invloed van negatieve gedachten te verzwakken. Dit is een van de redenen waarom mindfulness werkt tegen depressie.’ Zo’n andere manier van denken leer je jezelf niet van de een op de andere dag aan. Het kan helpen om een cursus mindfulness te volgen, of om boeken te lezen zoals ‘Waar je ook gaat, daar ben je’ of ‘Mindfulness en de bevrijding van depressie’. Ook zijn er apps zoals Headspace en Calm en gratis audio om je te begeleiden in meditatie.

Moeilijke tijden doorstaan

Viktor Frankl

Behalve gezonde denkpatronen heeft de geest ook behoefte aan een levensdoel, aan het hechten van betekenis aan het leven, stelt Hoenders. Mensen die in vragenlijsten hoog scoren op een helder omschreven religieuze zingeving en daar actief mee bezig zijn, leven gemiddeld vier tot zes jaar langer dan anderen, zo blijkt uit onderzoek. Iets soortgelijks lijkt op te gaan voor spiritualiteit en andere vormen van zingeving. Een van de eersten die zag dat zingeving helpt om moeilijke tijden te doorstaan, was de Oostenrijkse psychiater Victor Frankl (1905-1997). ‘Hij was joods en beleefde verschrikkelijke tijden in concentratiekampen’, vertelt Hoenders. ‘Frankl zag dat mensen die een sterke zingeving ervaarden, de gruwelijkheden beter konden doorstaan. Die zingeving kon van alles zijn: ik moet mijn kleinkind nog zien of mijn vrouw omhelzen, ik moet nog een boek schrijven, of ik moet het voor God overleven.’

Levensbeschouwing

Voor de kerken die we achter ons lieten, is nog maar weinig in de plaats gekomen. ‘Je ziet dat vragen over zingeving en identiteit die vroeger bij de pastoor of dominee terechtkwamen, nu hun weg vinden naar de coach, de psycholoog of de psychiater. Zo krijg je een medicalisering van gewone zingevingsvragen. En dat draagt weer bij aan die stortvloed richting de GGZ.’ Het zou dus mooi zijn als we onze zingeving weer hervinden – maar hoe? Want zingeving lijkt soms eerder iets dat je overkomt dan iets waar je actief voor kiest. Net zoals je ook niet zomaar kunt besluiten om voortaan dan maar wél in God te geloven. ‘Inderdaad kan een mens niet van de een op de andere dag besluiten om een totaal andere levensovertuiging te hebben’, zegt Hoenders. ‘Maar je kunt wel invloed uitoefenen en richting geven aan je eigen geest. Ik kan bijvoorbeeld besluiten om me te verdiepen in de oosterse zienswijze. Dan ga ik lezen over Zen-boeddhisme, ik ontmoet mensen die daarmee bezig zijn, ik ervaar daar dingen bij. Zoiets kan er uiteindelijk toe leiden dat ik mijn levensbeschouwing heb veranderd. Zo’n proces kost veel tijd, jaren misschien, want het gaat ten diepste om jouw identiteit en om hoe jij de wereld beziet. Dus ja, je hebt invloed op je levensovertuiging, maar het is niet zoiets als een pizza bestellen. Hierin lijkt zingeving heel erg op andere leefstijlfactoren. Het lukt tenslotte ook bijna niemand om van de een op de andere dag gezond te gaan leven.’

Selectief shoppen

De GGZ grijpt zingeving inmiddels ook aan als instrument in de zorg, mede op verzoek van patiënten zelf die ervaren dat zingeving hen helpt. Hoenders schreef mee aan de zorgstandaard Zingeving in psychische hulpverlening. ‘We weten uit wetenschappelijk onderzoek dat mensen met religieuze of spirituele bezigheden, zoals bidden of mindfulness, minder angst ervaren. Het helpt dus echt. Maar dat geldt niet als mensen het alleen maar als een trucje beschouwen: even bidden want dan voel ik me beter. Soms zou je die houding zelfs als immoreel kunnen beschouwen, bijvoorbeeld als bedrijven een oosterse techniek zoals yoga inzetten om mensen fit en ontspannen te maken zodat ze harder kunnen werken. Yoga wordt zelfs bij legercommando’s toegepast om beter te kunnen vechten. Ik ben terughoudend om onderdelen uit een bepaalde traditie weg te knippen en die in je eigen cultuur toe te passen met andere doelstellingen dan waar het oorspronkelijk voor bedoeld was.’
Spiritueel shoppen – een weekendje tantra, een weekje mindfulness en hup, even de zweethut in – heeft nog andere nadelen. ‘Eén bezwaar is dat je bij zelfontwikkeling na verloop van tijd altijd geconfronteerd wordt met moeilijke zaken: blinde vlekken van jezelf, kwetsbaarheden, oude trauma’s. Als je een spirituele shopper bent, dan is het verleidelijk om op zo’n moment te denken: ach, dit is toch niks voor mij. Dan lijkt een andere traditie opeens interessant. Je loopt dan het risico nooit echt met jouw onderliggende problemen aan de slag te gaan. Mijn advies is dan ook: kijk eerst met open blik naar wat jou aanspreekt en probeer iets uit. Of dat nu het christendom, de islam, of misschien wel een shamanistische traditie of ademsessies zijn: dat maakt niet uit. Maar maak wél een keuze en blijf daar in elk geval enige tijd bij, om te voorkomen dat je afhaakt als het even moeilijk wordt. Want dat punt zal vroeg of later komen.’ Hopelijk vinden de bezoekers van The Spirit ook een levensbeschouwing waaraan ze zich langdurig willen verbinden.

Gecombineerde leefstijlinterventie voor de GGZ
Snappen hoe je psychisch gezond kunt blijven is makkelijk. De praktijk, dat is waar het meestal strandt. Zeker als je ook nog te maken hebt met problemen als armoede, werkeloosheid, woningnood of ziekte. Psychiater prof. Rogier Hoenders ontwikkelde samen met anderen een methode om mensen hierbij te helpen. ‘Je kunt het vergelijken met de Gecombineerde Leefstijlinterventie voor mensen met overgewicht die willen afvallen, oftewel de GLI. Wij maakten een aangepaste versie voor de geestelijke gezondheidszorg: de GLI-GGZ. Die bestaat uit negen bijeenkomsten plus drie terugkomdagen. Deelnemers horen alle feitjes en achtergronden over leefstijl en gezondheid, maar gaan ook met elkaar oefenen. Beweegoefeningen bijvoorbeeld, en een hele proeverij aan ontspanningsoefeningen – yoga, ademhalingsoefeningen, enzovoorts. Mensen kunnen dan zelf eruit pikken wat ze aanspreekt. Het is de bedoeling dat ze daar thuis mee aan de slag gaan. Die eigen regie is voor ons heel belangrijk. Het werkt niet als je mensen iets opdringt, ze moeten zelf kunnen kiezen.’
Hoenders en zijn collega’s onderzoeken de effecten van hun GLI-GGZ nu bij patiënten met psychiatrische problemen. ‘We hebben uit een eerste proefstudie al aanwijzingen dat het met deelnemers beter gaat dan met de controlegroep. Nu onderzoeken we het in grotere groepen om meer zekerheid te verkrijgen over de effectiviteit en toepassing in de zorg.’

 

Free lungs anatomy breathing vectorAdem in, adem (langzaam) uit
Met je ademhaling kun je je autonome zenuwstelsel in de ruststand brengen, gratis en waar je maar wilt. Dat doe je zo: adem vier seconden in, houd de adem vier seconden vast en adem vervolgens acht seconden uit. Daarna houd je de adem weer vier seconden vast voordat je weer inademt. Zorg er daarbij voor dat je ook met je buik ademt, niet alleen vanuit de borstkas. Na wat oefening blijkt iedereen deze manier van ademen te kunnen aanleren.

 

 

 

‘De natuur is mijn groene kerk’

Twee en een half jaar geleden stond het leven van Kim van Schie (43) volledig op zijn kop. ‘Ik kreeg een opeenstapeling van infecties en lag drie weken in het ziekenhuis met een gecompliceerde hersenvliesontsteking. Ik kwam er gebroken uit. Helemaal op. Mijn hersenen waren van slag – ik was in de war, had concentratieproblemen, was snel vermoeid en overgevoelig voor prikkels. Mijn werk als onder andere videomaker en trainer was altijd mijn passie geweest, maar dat ging niet meer. Iets met mijn gezin doen was al een uitdaging. De rest van de wereld draaide gewoon door, terwijl mijn wereld steeds kleiner werd. Dat was behoorlijk deprimerend en eenzaam. Ik ging maar langzaamaan vooruit en na twee jaar moest ik concluderen dat de kans heel klein is dat ik mijn werk ooit nog kan oppakken. Toch ben ik inmiddels mentaal gezien weer aardig in balans. En dat heeft alles te maken met het herontdekken van mijn liefde voor de natuur. Vanuit mijn huis, waar ik me zo ellendig voelde, keek ik uit op onze verwaarloosde tuin vol uitgedroogde planten. Ik zag een parallel met mijn eigen lijf en voelde de motivatie om stukje bij beetje die tuin weer op te knappen. Soms kon ik maar tien minuten per dag in de tuin werken, maar het gaf me een goed gevoel om weer iets van waarde te doen. Voor die tuin, maar ook voor mezelf. Zowel lichamelijk als geestelijk. Het was ook heel troostend om te zien hoeveel veerkracht er in de natuur zit. Inmiddels is het een biodivers mini-paradijsje waar een hele egelfamilie woont. Ik begon daarnaast stukjes te wandelen in het park, steeds iets langer. Ik werd vrijwilliger bij de egelopvang en sinds een paar maanden doe ik aan bosbaden. Dat houdt in dat je twee tot drie uur in stilte heel bewust en rustig in een bos bent. Het helpt mij heel erg om tot rust te komen. De omgeving nodigt uit om al mijn zintuigen te gebruiken – horen, ruiken, voelen, zien. Dat helpt om minder te denken en meer te voelen. Er komen weggestopte emoties naar boven – soms verdriet, maar ook hoop en troost. Het bos relativeert en raakt tegelijkertijd iets heel diep van binnen. Het is voor mij echt een spirituele ervaring: hier hoor ik eigenlijk thuis. In de natuur wordt er niks van je verwacht, er is geen oordeel. Al die planten en dieren vragen zich ook niet af of ze het goed doen, die “zijn” gewoon. Het herinnert me eraan dat ik al goed ben zoals ik ben en dat ik onderdeel ben van een groter geheel. Ik gun iedereen zo’n helende ervaring. Niet iedereen kan natuurlijk zomaar het bos in, maar je kunt genieten van elk stukje natuur dat je hebt. Zelfs al is het maar één vierkante meter in je tuin, of een paar planten op je balkon: je kunt daarvoor zorgen en je kunt de natuur in het klein ervaren.’

‘Zonder dit werk zou ik tegen de muren opvliegen’

Na een kwart eeuw als zelfstandig interim manager en consultant te hebben gewerkt, is Oscar Gennissen (66) nu vrijwillig humanistisch spreker bij uitvaarten. “Ik ben ervan overtuigd dat elk mens een doel nodig heeft om zijn bed uit te komen. Voor mij is dat het vrijwilligerswerk dat ik doe. Ik help nabestaanden om een overlijden goed af te sluiten door het levensverhaal van de overledene te delen tijdens de uitvaart. Daarbij hecht ik eraan om geen hosanna-verhalen te vertellen: ik belicht ook de scherpe randjes. Anders wordt het een laf, ongeloofwaardig verhaaltje.
Een deel van de overledenen liet al jaren eerder een humanist langskomen om na een gesprek van enkele uren het levensverhaal vast te leggen. Dat ligt dan in de kast en komt bij het overlijden weer tevoorschijn. Aan de hand van het verhaal ga ik vervolgens met nabestaanden om tafel. Er zijn ook mensen die pas na hun overlijden in beeld komen, dan baseer ik me volledig op het gesprek met nabestaanden. En soms bezoek ik mensen zelf in een hospice om hun levensverhaal door te nemen. Dan heb ik de overledene ook nog een beetje gekend. Het werk wordt daar wel zwaarder van, maar het heeft ook iets moois.
Ik ben nooit gelovig geweest, maar een jaar of tien terug begon ik me te verdiepen in spiritualiteit. Daarvóór was ik plat gezegd vooral bezig met geld verdienen en de drukte van alledag. Via vrienden kwam ik in aanraking met het boeddhisme, maar uiteindelijk heb ik toch niet die afslag genomen. Ik kwam uit bij het humanisme: de overtuiging dat ieder mens het recht heeft om zijn leven op zijn eigen manier in te vullen, maar wel verantwoordelijkheid draagt voor anderen. In diezelfde tijd was ik bij een aantal uitvaarten aanwezig waarvan ik dacht: dat kan toch beter voor de nabestaanden. Een uitvaart hoort een moment van warme verbondenheid te zijn, een ritueel waarin nabestaanden samen iets naar een eind kunnen brengen. Toevallig liep ik tegen een vrouw aan die humanistische uitvaarten organiseerde. Ik stuurde een mailtje en na een sollicitatiegesprek mocht ik in opleiding. Een jaar later was ik zelf spreker op uitvaarten.
Naast dit werk heb ik nog meer vrijwilligersbezigheden, vooral in bestuursfuncties. Het is geleidelijk meer geworden toen ik langzaamaan minder ging werken. Ik ben er zo druk mee dat mijn vrouw weleens klaagt dat ik geen avond thuis ben. Maar als ik dit werk niet had, zou ik waarschijnlijk tegen de muren opvliegen. Dat heeft overigens niet alleen met zingeving te maken, maar ook met mijn behoefte aan contact. Ik vind het heel leuk om mensen te ontmoeten en hun verhalen te horen. Of ik zonder vrijwilligerswerk depressief of angstig zou worden, weet ik niet, maar ik heb daar nu in ieder geval geen last van.’

verschenen in Radar+, januari 2025