Deze week heb ik weer wat nieuwe artikelen op mijn website geplaatst. Eentje daarvan draait om boezemfibrilleren en slaapapneu – oftewel: nachtelijke ademstops die vaak (maar niet altijd!) gepaard gaan met snurken. Ik schreef het voor De Cardioloog, het blad waarvan ik sinds september freelance eindredacteur ben. (Op dit moment schrijf ik daar om die reden niet meer voor, maar dit stuk dateert nog van de zomer.)
Het is zo’n verhaal waarvan ik denk: dat moeten meer mensen weten. Kort samengevat: slaapapneu kan bijdragen aan het ontstaan van boezemfibrilleren oftewel atriumfibrilleren. Zeker bij mensen die vooral ‘s nachts last hebben van boezemfibrilleren, en ook als niet duidelijk is waarom iemand boezemfibrilleren heeft, kan het slim zijn om uit te zoeken of er misschien slaapapneu speelt. Vaak zijn mensen zich er helemaal niet van bewust dat ze ‘s nachts ademstops hebben, sterker nog: de meeste patiënten zijn ervan overtuigd dat ze daar beslist géén last van hebben. Door een nachtje met een speciaal meetinstrumentmonitor te slapen (tegenwoordig kan dat vaak thuis), valt de diagnose eenvoudig te stellen.
Het is trouwens een misvatting dat alleen dikke mensen last kunnen hebben van slaapapneu – overgewicht is weliswaar een belangrijke risicofactor, maar er bestaan ook slanke mensen met slaapapneu.
Slaapapneu is goed te behandelen. Bij patiënten met boezemfibrilleren maakt dat het ook makkelijker om het boezemfibrilleren te behandelen; soms is verdere behandeling daarvan zelfs niet meer nodig. Bijkomend voordeel van slaapapneubehandeling is dat patiënten zich vaak fitter voelen – ze slapen eindelijk goed door en zijn overdag dus minder moe. Daarnaast kan ernstige slaapapneu gevaarlijke ‘bijwerkingen’ hebben, nog een reden om veelvuldige ademstops serieus te nemen. Lees hier mijn artikel (geschreven voor cardiologen).
Meer artikelen lezen, bijvoorbeeld over water meten met je smartphone, chronische pijn of de impact van er anders uitzien? Zie www.dianadeveld.nl/artikelen.